Eindelijk! De klachtencommissies in de gevangenissen zijn operationeel

Al in 2005 werd de wettelijke mogelijkheid gecreëerd voor een gedetineerde om tegen een zogenaamde tuchtbeslissing van de gevangenisdirectie een klacht in te dienen bij de ‘Klachtencommissie’ van de gevangenis waar de tuchtbeslissing werd genomen.

Door het herhaaldelijk uitstellen van de inwerkingtreding van de wetsartikelen, konden gedetineerden die een tuchtsanctie willen aanvechten, slechts een – dure en langdurige – procedure voeren bij de Raad van State of bij de rechtbank van eerste aanleg.  Onnodig om te zeggen dat van deze procedures bijna nooit gebruik werd gemaakt.

In deze situatie kwam recent eindelijk verandering.

Op 1 oktober 2020 werden de Klachtencommissies operationeel.  Dit biedt de mogelijkheid om binnen de 7 dagen na kennisname van een tuchtsanctie klacht in te dienen. De Klachtencommissie is enkel bevoegd voor de beslissingen: i) genomen door de directeur of in zijn naam, ii) ten aanzien van de klager (individuele beslissing), en iii) op basis van de wet.

Een na afloop van de 7 dagen-termijn ingediende klacht kan nog ontvankelijk zijn, indien blijkt, rekening houdend met alle omstandigheden, dat de gedetineerde de klacht zo spoedig heeft ingediend als redelijkerwijs van hem/haar verlangd kon worden. Dit lijkt alvast nodig indien men aan de gedetineerde ook de kans wil bieden een raadsman te raadplegen.

De procedure is eenvoudig: op de website van de ‘Centrale Toezichtsraad voor het Gevangeniswezen’ (www.ctrg.belgium.be) kan het voorgedrukte klachtenformulier gedownload worden en vervolgens ingevuld gemaild worden (Nederlands: klachten@ctrg-klachten.be, Frans: plaintes@ccsp-plaintes.be).

De gedetineerde die zelf zijn/haar klacht wil indienen, kan een klachtenformulier aanvragen in de gevangenis, en kan het onder meer in de brievenbus van de Commissie van Toezicht deponeren.

Indien de klacht niet kennelijk onontvankelijk of ongegrond wordt bevonden, zal de klacht worden overgemaakt aan de gevangenisdirectie met vraag naar verweer en eventuele bereidheid tot bemiddeling.  De Klachtencommissie kan beslissen om de partijen te horen en/of om bij derden mondelinge of schriftelijke inlichtingen in te winnen. Binnen de 14 dagen na ontvangst van de klacht volgt een uitspraak.

Nieuw is dat de Klachtencommissie de klacht kan overmaken aan de maandcommissaris[1] om bemiddeling mogelijk te maken tussen de directeur en de gedetineerde. Er wordt dus ingezet op bemiddeling en dat is zondermeer een goede zaak aangezien tussen de twee betrokken partijen een gezagsband bestaat.

Indien bemiddeling geen soelaas brengt of niet gewenst wordt door de gevangenisdirectie, dan kan de Klachtencommissie de klacht gegrond verklaren indien ze van oordeel is dat de aangevochten beslissing in strijd is met een in de gevangenis geldend wettelijk voorschrift, of onredelijk of onbillijk is na afweging van alle in aanmerking komende belangen.

Indien de klacht gegrond wordt verklaard, vernietigt de Klachtencommissie de beslissing, en kan ze:

1° de directeur opdragen een nieuwe beslissing te nemen;
2° bepalen dat haar uitspraak in de plaats treedt van de vernietigde beslissing;
3° zich beperken tot een gehele of gedeeltelijke vernietiging van de beslissing.

De beslissing kan nog aangevochten worden bij de Beroepscommissie van de Centrale Raad.

Wij hopen dat evenwichtige beslissingen zullen worden genomen, waarbij alle in aanmerking komende belangen werkelijk worden meegewogen met het oog op een meer humane detentie.

*      *      *

[1] De maandcommissaris is een maandelijks aangeduid lid van de Commissie van Toezicht ingesteld bij elke gevangenis en verantwoordelijk voor de opvolging van de gedetineerden onder meer wat betreft hun verblijfsomstandigheden.